Hollandse bruine bonensoep

Eigenlijk geef ik niet zoveel om die Hollandse winterkost. Maar toen er een winter voorbij was zonder ook maar één stamppot, zonder de erwtensoep en een bruine bonensoep, vond ik dat toch ook wel weer een beetje raar. Dus eten wij nu elke winter wel een paar keer echte Hollandse pot. Vandaag dus bruine bonensoep met spekjes. Eigenlijk hou ik niet zo van spek en ik vind het gewoon veel te vet, maar ik ben ook maar een mens en heel af en toe kook ik dus met spek. Heel af en toe kan dat best en dan eet ik er gewoon iets minder van.

De soep is echt makkelijk om te maken maar trek er rustig een halve middag voor uit. Lekker om in de keuken bezig te gaan, terwijl de kinderen ergens binnenshuis aan het spelen zijn. Je kunt ze mooi in de gaten houden als jij alles aan het snijden en koken bent. Al met al staat die soep ca. 1,5 uur zachtjes te koken, maar dan heb ik wel voor 2 dagen soep voor 4 personen. Invriezen kan natuurlijk ook.

Een avond tevoren zet je een pakje gedroogde bruine bonen in de week. Ik gebruik een soeppan waar 5 liter in kan. Daar doe ik de bonen in en vul de pan tot bijna de helft met koud water. Zout voeg ik toe als de bonen gaar zijn. Het schijnt dat als je het eerder toevoegt, de bonen langer nodig hebben om gaar te worden.

Het snijden van alle groenten is nog het meeste werk. Dus als ik de bonen aan de kook breng, begin ik meteen met alle groenten te wassen en snijden. Knolselderij verkleurt als het gesneden is, dus die snij ik het laatst. Eventueel bewaar ik die even in water om de verkleuring tegen te gaan. Pas dan wel op met spatten als je het aan het gebakken spek toevoegt.

De ingrediënten zijn bij benadering. Zoals bij elk gerecht kun je de hoeveelheden, maar ook de ingrediënten, aan je eigen smaak aanpassen en toevoegen. Met soep geldt dat zeer zeker!

Je hebt nodig

1 pakje gedroogde bruine bonen (ca.450 gram)

250 gram mager spek, in blokjes gesneden

1 stengel bleekselderij, fijnsnijden

0,5 knolselderij, in blokjes gesneden

1 prei, in ringetjes gesneden

1 grote ui, fijnsnijden
1 kleine ui, gepeld
1,5 laurierblad
5 kruidnagels
2 bouillontabletten of 4 blokjes
2 eetlepels selderie, fijnsnijden of gedroogd
marjolein
peper
zout


Handig om erbij te gebruiken

kaasschaaf 


en een stamper (in plaats van een vork). 


Werkwijze

• Duw de laurier en de kruidnagelen in het kleine, gepelde uitje. Zo kun je ze er later weer makkelijk uit halen.
• Voeg dit uitje met kruiden en marjolein, selderie en peper aan de bonen en het water toe.
• Breng de bruine bonen met het water en de kruiden aan de kook en zet de warmtebron zachtjes, maar wel zo dat het nog iets blijft doorkoken.
• Snij nu de grote ui in kleine stukjes.
• Was en snij de prei in ringetjes.
• Schaaf met de kaasschaaf*, was en snij de bleekselderie.
• *Ik schil de bleekselderie altijd met een kaasschaaf. Een dunschiller kan ook, maar de kaasschaaf gaat sneller en er blijven minder 'haren' achter.
• Snij de knolselderij door midden en schil deze. Het makkelijkst gaat dat met een groot mes. Vervolgens in plakken van ca. 1 cm snijden, waarna je de knol gemakkelijk in blokjes kunt snijden.
• Bak het spek zachtjes uit.
• Na ca. 45 minuten tot een uur, zullen de bonen gaar zijn. Stamp ze dan even iets.
• Hierna voeg je de bouillonblokjes en het zout toe.
• Als het spek uitgebakken is, voeg je hier de knolselderijblokjes aan toe en laat ze even meebakken.
• Nu kan alles bij de bruine bonen in de soeppan.
• Al het vet hoeft niet in de soep. Dus schep de knolselderij en het spek uit het spekvet, doe in de soeppan en voeg de prei en bleekselderie toe.
• Als je het lekker vindt en wat kleur in de soep wilt, kun je er ook een halve winterwortel in blokjes gesneden aan toevoegen.
• De soep even proeven als alle groenten gaar zijn en eventueel afmaken met nog wat extra kruiden.

't Doert èèm, maar dan hei ok wat.

Eet smakelijk!